Je ging naar Tiberias om over water te lopen,
toeristen, jongeren
die zich vermaakten, winkels
waar je souvenirs kon kopen, maar jij herinnerde je
over water te willen lopen, het meer van Tiberias,
voor jou van Galilea.
Zonlicht speelde met de rimpelingen van dat water
tussen in ijle hittenevel gehulde oevers;
aan de overkant
de Golanhoogten, waar je over het water heen wilde lopen,
onaards zijn, maar het meer was te groot en je geloof te klein.
Je ging eromheen en achter de heuvels die je vanuit de verte
had gezien, trof je een grimmige grens, metalen hekken
en prikkeldraad aan, maar verderop, achter de noordoever,
een verstild in de middagzon blakend Kapernaüm, waar zoals
staat geschreven, hij die wel over water liep een lamme
deed genezen van lichaam en geest, liet opstaan en lopen.
©
Coos de Goede 2021